Swype is een tekstinvoermethode op basis van woorden via een standaardtoetsenbord.
Swype plaatst automatisch spaties tussen woorden wanneer dat nodig is.
Swype kan ook vaststellen tussen welke symbolen spaties nodig zijn, en plaatst deze spaties automatisch. Voor sommige symbolen kan Swype de juiste spatiëring niet vaststellen: punten, streepjes en enkele en dubbele aanhalingstekens. Tik in deze gevallen op de spatiebalk om de bedoelde tekst in te voeren. Swype ondersteunt speciale "interpunctiewoorden", die de noodzaak om op de spatiebalk te tikken praktisch wegnemen.
Automatische spaties kunnen voor één woord worden uitgeschakeld door van de spatiebalk naar de Delete-toets te gaan. Er verschijnt een pictogram op de spatiebalk om aan te geven dat automatische spatie is uitgeschakeld voor het volgende woord. Voorbeeld: voer "broekzak" in door "broek" te Swypen, van de spatiebalk naar de Delete-toets te gaan en "zak" in te voeren.
U kunt de automatische spatiëring permanent aan en uit zetten in de Geavanceerde opties Swype.
Tijdens het tekenen van woorden kunt u speciale bewegingen gebruiken om hoofdletters te creëren.
Shift– Om een woord een hoofdletter te geven, begint u bij de eerste letter van het woord en schuift u uw vinger voorbij de bovenkant van het Swype-toetsenbord en gaat u daarna weer naar beneden voor de volgende letter. Om van meer dan één letter in een woord een hoofdletter te maken (bijv. McDonald), schuift u uw vinger voorbij de bovenkant van het Swype-toetsenbord na elke gewenste letter.
ALLES IN HOOFDLETTERS – Gebaar voor alles in hoofdletters – Om een heel woord in hoofdletters te schrijven, begint u bij de eerste letter van het woord, schuift u uw vinger voorbij de bovenkant van het Swype-toetsenbord, maakt u een volledige cirkel boven het toetsenbord en gaat u terug naar het toetsenbord om het woord op de gewone manier af te maken. Houd de vinger de hele tijd in contact met het scherm. U kunt op elk punt in het woord naar boven schuiven om de cirkel te maken.
Als u meerdere woorden in hoofdletters wilt schrijven, kunt u ook de CAPS Lock inschakelen door twee keer te tikken op de Shift-toets. Tik opnieuw om CAPS-Lock uit te schakelen.
Tijdens het tekenen van een woord kunt u speciale bewegingen met uw vinger maken om twee keer achter elkaar dezelfde letter te produceren.
Om een dubbele letter in een woord te maken, trekt u een cirkel over de toets voor de letter. Voorbeeld: Om het woord "teen" in te voeren en niet het woord "ten" te krijgen, begint u bij de "t", schuift u uw vinger naar de "e" en trekt u een cirkel op de "e"-toets. Daarna schuift u naar de "n" en tilt u uw vinger op. U kunt ook een dubbele letter invoeren door horizontaal over de toets heen en weer te bewegen voordat u naar de volgende letter gaat. Gebruik het gebaar dat u het gemakkelijkst vindt.Als Swype niet zeker weet welk woord u bedoelt, dan verschijnt er een venster met verschillende keuzes.
Als u doorgaat met Swypen, dan wordt het eerste woord automatisch geselecteerd.
Als uw bedoelde woord verderop in het venster verschijnt, tik en schuif dan om het woord te selecteren in het woordkeuzevenster. Plaats uw vinger ergens op het woordkeuzevenster en schuif naar de rechterkant van het venster. Let er daarbij op dat u het venster verlaat naast het gewenste woord. Als u voorbij de onderkant schuift, verschijnen er meer woorden (als die beschikbaar zijn). Als u naar links schuift, wordt de woordinvoer geannuleerd. Als u naar boven schuift, wordt het eerste woord geselecteerd.
U kunt instellen of Swype het woordkeuzevenster weergeeft met behulp van de schuifbalk bij "Woordkeuzevenster" in de Geavanceerde instellingen Swype.
Probeer de standaardinstelling. Het woordkeuzevenster zal dan meestal verschijnen wanneer dat nodig is. Vergeet niet dat het woordkeuzevenster verdwijnt en het standaardwoord (bovenaan) wordt ingevoerd als u begint met het Swypen van een woord.
Veel mensen negeren het woordkeuzevenster en kijken er alleen naar als ze een woord willen controleren.
Swype herkent bepaalde combinatie van interpunctietekens, spaties en letters als woorden die met Swype-bewegingen kunnen worden ingevoerd in plaats van dat ze handmatig moeten worden aangetikt. De volgende interpunctiecombinaties kunnen worden gegenereerd door heen en weer te Swypen tussen de getoonde toetsen. Gebruik het gebaar voor dubbele letters waar een toets twee keer moet worden ingevoerd. Het symbool "·" staat voor de spatie.
Voorbeeld: De punt en spatie aan het einde van een zin kunnen worden ingevoerd door van de punt naar de spatiebalk te Swypen. Dit gaat veel sneller en gemakkelijker dan precies op de punt-toets en daarna op de spatiebalk proberen te tikken.
Als u het gebaar voor dubbele letters (horizontaal heen en weer bewegen) gebruikt op de spatiebalk, dan worden er twee spaties gegenereerd na de punt.Soms wordt de interpunctie in deze woorden getoond als alternatieve tekens op het hoofdtoetsenbord, maar ze werken ook als u ze niet kunt zien. Voorbeeld: Om een spatie gevolgd door aanhalingstekens openen in te voeren, kunt u Swypen van de spatiebalk naar de toets met de aanhalingstekens openen, ook als die toets wordt gedeeld met een woord.
Als automatische spatiëring aan staat, plaatst Swype alleen een spatie waar dat nodig. Voorbeeld: Om "Bill's" in te voeren in het Engels, voert u "Bill" in, tilt u uw vinger op, en voert u vervolgens "'s" in. Swype weet dan dat er geen spatie moet worden ingevoerd. Om "d'accord" in het Frans krijgen, gaat u naar "d'", tilt u uw vinger op, en voert u "accord" in.
Swype kan geaccentueerde letters associëren met niet-geaccentueerde letters (basisletters), ook al worden die niet getoond op het toetsenbord. Swype het woord op de gewone manier en gebruik de basislettertoets voor de gewenste geaccentueerde letter. Swype herkent woorden met accenten en geeft de juiste woorden met de juiste geaccentueerde tekens. Voorbeeld: u kunt het Franse woord "café" invoeren door "café" te Swypen en daarna naar "e" te gaan.
Swype geeft ook toegang tot geaccentueerde letters wanneer u tikt op Woorden toevoegen aan het woordenboek. Voorbeeld: Om het teken "ñ" op te vragen, houdt u uw vinger of stylus op de "n"-toets en houdt u die daar langer dan normaal (tikken en lang vasthouden in plaats van tikken en vasthouden). Hierdoor verschijnt er een tekenvenster waar u de geaccentueerde tekens kunt kiezen die met de toets worden geassocieerd. Kies de gewenste letter uit het tekenvenster en tik de rest van het woord, gevolgd door een spatie. Swype onthoudt het woord met het geaccentueerde teken automatisch.
Om van een geaccentueerde letter die u op deze manier invoert een hoofdletter te maken, tikt u voor- of nadat het tekenvenster verschijnt op Shift. Het tekenvenster toont dan de hoofdletters met accenten.
Met geaccentueerde letters bedoelen we letters met alle soorten diakritische tekens en ook daaraan verwante tekens.
Swype kent een methode voor het sneller invoeren van veelvoorkomende woorden van één letter: tik op of bij de toets van de letter en schuif naar de spatiebalk voordat u uw vinger of de stylus optilt. Als er een spatie nodig is, wordt die automatisch gegenereerd bij het Swypen van het volgende woord. U kunt ook woorden van één letter blijven invoeren door te tikken op de toets met de gewenste letter, maar het precies aantikken van een toets kan vertragend werken.
Automatisch hoofdlettergebruik in zinnen (indien ingeschakeld) geldt voor woorden van één letter.
In deze taal worden de volgende snelkoppelingen voor woorden van één letter ondersteund:
Als dezelfde letter met en zonder accent als verschillende woorden worden gebruikt, dan is er een andere toets (niet de spatiebalk) waar u heen (of vandaan) kunt Swypen om de geaccentueerde letter te krijgen. In deze gevallen kan de richting van het pad tussen de twee toetsen overeenkomen met de richting van het accent op het teken (bijv. "qa" voor "à"). De snelkoppeling kan ook een geluid aanduiden (bijvoorbeeld "aw" voor "å") of een afleiding (bijv. "ae" voor "æ").
In deze taal worden de volgende snelkoppelingen voor woorden van één letter met accent ondersteund:
Het is vaak sneller om het woordkeuzevenster te negeren en gewoon door te gaan met het invoeren van tekst en die te controleren nadat u een alinea hebt ingevoerd.
Als u een onjuist woord ziet, kunt u het bewerken door twee keer op het woord te tikken. Het woordkeuzevenster verschijnt dan, zodat u het bedoelde woord kunt selecteren. Dit vervangt automatisch het aangegeven woord. Het bedoelde woord is meestal het eerste woord in de lijst. U kunt dan overal op het scherm tikken en voorbij de bovenkant van het venster schuiven om het woord te corrigeren. De tekstcursor gaat automatisch terug naar waar die was voordat u twee keer op het woord tikte, zodat u door kunt gaan met het invoeren van tekst vanaf het punt waar u was voordat u stopte om de laatste alinea te controleren.
Als u het gewenste woord niet vindt in het woordkeuzevenster, kunt u het opnieuw Swypen. Het nieuwe woord vervangt dan het onjuiste woord (in dit geval blijft de cursor staan aan het einde van het woord dat u invoert voor het geval u verder wilt gaan met invoeren).
Wanneer u op de Swype-toets drukt, wordt het woord met (of naast) de cursor gemarkeerd en verschijnt er een woordkeuzevenster met de alternatieve woordkeuzes die werden getoond toen het woord werd ingevoerd. U kunt het bedoelde woord invoeren of beginnen met het Swypen van een nieuw woord om het oude te vervangen.
Swype bewaart alleen de lijst voor alternatieve woordkeuzes voor de laatste paar honderd ingevoerde woorden.
Als het gewenste woord niet wordt getoond in het woordkeuzevenster wanneer u het probeert in te voeren, dan kunt u Swype het woord leren door het in het woordenboek te zetten. Voorbeeld: Swype herkent het woord "zaq" niet. In plaats van het woord te Swypen, moet u elke letter zorgvuldig aantikken: "z", "a", "q", gevolgd door een spatie. Swype leert dit vervolgens als een nieuw woord. U kunt vervolgens "zaq" invoeren via de normale invoermethode van Swype, en het woord verschijnt in het woordkeuzevenster.
Om Swype woorden met symbolen (bijvoorbeeld "info@swype.com") of woorden die geheel uit cijfers bestaan (zoals telefoonnummers of aanmeld-id's) te leren: typ eerst het woord (of de woorden) in die u wilt toevoegen en selecteer daarna het tekstgebied met de nieuwe woorden. Tik vervolgens op de Swype-toets. Swype herkent nieuwe woorden in de gemarkeerde tekst en voegt deze toe aan het woordenboek. Er verschijnt een helpscherm met de woorden die zijn toegevoegd.
Voorbeeld: Als "(026) 5550191" in de gemarkeerde tekst stond, dan worden zowel "(026)" als "5550191" toegevoegd aan het woordenboek.
Om een woord uit het woordenboek te verwijderen, markeert u alleen het woord dat u wilt verwijderen en tikt u daarna op de Swype-toets. Er verschijnt een bericht om te bevestigen dat u het woord wilt verwijderen.
Behalve hele woorden Swypen kunt u ook afzonderlijke toetsen gebruiken. Hierbij kunt u een klein Swype-toetsenbord gebruiken om elke gewenste tekst te genereren. Swype geeft toegang tot honderden verschillende tekens zonder dat het nodig is over te stappen op een ander toetsenbord om ingewikkelde toetsencombinaties te onthouden.
Kort tikken: Wanneer er snel op toets wordt getikt, wordt de basisletter (zonder accent) of de functie gegenereerd of geactiveerd. Dit is de letter die zwart in het midden van elke toets wordt getoond. Dit werkt zoals u verwacht: als u op "j"-toets tikt, krijgt u een "j". Als u voor deze toets op de Shift-toets tikt, dan wordt de letter gegenereerd als hoofdletter. Tik op Shift en daarna op de "j"-toets en u krijgt een hoofdletter "J".
Tikken en vasthouden: Wanneer u een toets iets langer aantikt, wordt dit "tikken en vasthouden" genoemd. Hierdoor wordt het alternatieve teken van die toets gegenereerd. Als u bijvoorbeeld het cijfer "1" wilt typen, tikt u op de toets met de "1" totdat u het symbool "1" ziet verschijnen. Dit alternatieve teken wordt ook getoond in een klein pop-upvenster, zodat u weet wanneer u de toets lang genoeg hebt vastgehouden.
Tikken en lang vasthouden: Wanneer u een toets nog langer vasthoudt, wordt dit "tikken en lang vasthouden" genoemd. Hierdoor wordt een tekenvenster opgeroepen met alle letters en functies die met een toets zijn geassocieerd. Het bevat alle geaccentueerde en niet-geaccentueerde letters, interpunctietekens, cijfers en andere speciale tekens die met de toets zijn geassocieerd. Raak de toets aan zonder uw vinger te bewegen en houd de vinger daar totdat het pop-upvenster met alternatieve tekens verschijnt.
Tik op de Shift-toets voordat u de toets aanraakt om hoofdletters te krijgen.
U kunt Swypen met deze toetsenbordweergave, maar u krijgt alleen worden met ten minste één cijfer of symbool.
Tip: U kunt symbolen invoeren zonder eerst op de SYM-toets te tikken. Tik op het hoofdtoetsenbord van Swype op de toets en houd die vast door uw vinger of stylus te plaatsen en die daar even te laten.
Swype ondersteunt tekstinvoer in een aantal verschillende talen. Heen en weer schakelen tussen de talen:
U kunt letters van het hoofdtoetsenbord invoeren, maar Swype biedt ook een numeriek toetsenbord van tien toetsen voor het invoeren van nummers en bijbehorende symbolen.
Om het numerieke toetsenbord op te roepen, tikt u eerst op de SYM-toets, daarna op de Shift-toets en daarna op de '123'-toets.
U kunt ook van de the Swype-toets naar de toets met de '5' erop bewegen.
Het numerieke toetsenbord ondersteunt twee methoden voor het invoeren van tekens: tikken en tikken en vasthouden. Door op een toets te tikken en die vast te houden, wordt er een alternatief teken voor die toets gegenereerd. Symbolen worden gegroepeerd op functie of op tekens die op de een of andere manier zijn gerelateerd aan hun voorkomen.
Tik op de "ABC"-toets om terug te gaan naar het hoofdtoetsenbord.
Het bewerkingstoetsenbord biedt een snelle manier voor het verplaatsen van de cursor en het selecteren van tekst.
Swype van de Swype-toets naar de SYM-toets om naar het bewerkingstoetsenbord te gaan.
Als de toepassing waarin u werkt ondersteuning biedt voor bewerkingsfuncties, kunt u de geselecteerde tekst knippen, kopiëren en plakken.
De vier pijltoetsen, omhoog, omlaag, links en rechts, zijn in een kruisvorm geplaatst. De andere cursortoetsen – PageUp, PageDown, Home en End staan in de buurt.
Door te tikken op de Cursorsprong-toets op het bewerkingstoetsenbord wordt de toets gemarkeerd. De functie van de pijltoetsen wordt veranderd, waardoor ze werken als Alinea omhoog, Alinea omlaag, Woord naar links en Woord naar rechts. De toetsen Page Up en Page Down werken als Naar de bovenkant van de pagina en Naar de onderkant van de pagina. De toetsen Home en End werken als Naar het begin van het document en Naar het einde van het document.
Door te tikken op de Tekstselectie-toets op het bewerkingstoetsenbord wordt de tekst waarover de cursor beweegt gemarkeerd of geselecteerd.
Wanneer de tekst is geselecteerd, kunt u andere toetsen gebruiken voor het toepassen van bewerkingsacties, of de Swype-toets gebruiken om woorden te zoeken in de geselecteerde tekst die nog niet in het woordenboek van Swype staan, en die automatisch toe te voegen.
Tik op de "ABC"-toets om terug te gaan naar het hoofdtoetsenbord.
U kunt sneller worden in het gebruik van Swype door erop te vertrouwen dat de software goed werkt. Negeer het woordkeuzevenster bij het invoeren van tekst en bewerk in plaats daarvan de tekst aan het einde van een alinea of een gedachte.
Omdat Swype zeer flexibel is met onnauwkeurigheden, kunt u een woordpad snel invoeren zonder dat het nodig is elke letter precies aan te raken. Het is al voldoende om in de buurt van de letters van het woord te komen.
Bij langere woorden is het meestal niet erg als fouten maken bij het invoeren van het pad voor het woord. Zelfs als u een letter volledig vergeet of sommige letters in de verkeerde volgorde invoert, of verkeerd begint en teruggaat in het woord om de juiste letter in te voeren, vindt Swype meestal het gewenste woord. Het woordkeuzevenster kan dan wel nodig zijn om het woord te selecteren, maar ook als u weet dat u een langer woord niet goed hebt ingevoerd, kunt u gewoon doorgaan. U vindt het woord meestal aan het einde.
U kunt ook instellen hoe hard Swype probeert het gewenste woord te vinden. Bij de Geavanceerde Swype-instellingen is er een schuifbalk genaamd "Snelheid vs. accuratesse". Als u de schuifbalk verder naar rechts schuift, zal Swype er langer over doen om vast te stellen welk woord u wilde invoeren. U kunt de tekst dan slordiger (en dus sneller) invoeren. U verder u de schuifbalk naar rechts schuift, hoe slordiger u kunt zijn. Dat geldt ook voor Swype-paden met meer spelfouten. Swype doet er iets langer over om te reageren, afhankelijk van de snelheid van de processor in uw apparaat. Als u verder naar links gaat, doet Swype er minder lang over om te bepalen welk woord u bedoelde en maakt het een snellere beslissing. Swype reageert dan zeer snel nadat u uw vinger hebt opgetild. Als u op de knop Standaard tikt, wordt de schuifbalk zo ingesteld dat Swype gemiddeld binnen een kwart seconde reageert na het optillen van uw vinger (Swype meet de snelheid van de processor van het apparaat om dit te bepalen).
U hoeft niet te wachten tot Swype reageert. Blijf de gewenste tekst invoeren. Wanneer u even de tijd neemt om na te denken, haalt Swype u in en verschijnen alle woorden die u hebt ingevoerd in de tekst.
Wanneer u woorden van één letter wilt Swypen, tik dan op of bij de letter en schuif naar de spatie.
Nog een suggestie: u kunt sneller gaan door uw ogen niet te verplaatsen naar elke letter die u invoert. Kijk naar het midden van het toetsenbord, zodat u het zicht in de ooghoeken kunt gebruiken om de vinger naar de gewenste toetsen te sturen. Het helpt ook om een letter vooruit te denken terwijl u het woord invoert. Op den duur leert u veelvoorkomende patronen herkennen in woorden en kunt u ze sneller invoeren.
Swype kan worden aangepast via instellingenmenu's.
Swype aanpassen:
Vanuit het hoofdmenu voor Swype-instellingen kunt u:
Vanuit het menu voor geavanceerde Swype-instellingen kunt u: